Bootjestoeristen genieten in Purmerend

11/08/2022

Het is hoogzomer en op het Noordhollandsch Kanaal is het een komen en gaan van allerlei soorten bootjes. Groot, klein, nieuw of hartstikke oud, allemaal moeten ze door de sluis voor een plekje aan de haven. De vaarredactie van de weidevenner ging er op uit voor een gezellige middag met thermoskan en stoeltjes, want dat is tenslotte gebruikelijk bij diverse sluizen. Genieten van bootjes, het aan- en afmeren, het geklungel of vakkundig gebruik van de touwen, of landvasten in boottermen.

We treffen het, want vandaag is het een drukke dag. De mooie Groninger tjalk Hoop doet Leven van Piet en Karin maakt indruk. Met zijn 14 meter lengte is het goed toeven voor een tocht van twee weken. De tjalk werd in Groningen nog gebruikt voor het winnen van turf, maar na een grondige verbouwing, waarbij de mast het lootje legde, is daar niets meer van te zien. Piet heeft de boot in 1973 als casco gekocht. Karin vindt het wel lastig is om de vuilwatertank te legen. “Ik vind het een goede regel dat het vuilwater niet meer geloosd mag worden op het open water, maar zorg dan wel dat er genoeg plekken zijn waar je hem kan legen.” Ze hebben al een aantal dagen in Purmerend gelegen en vinden het altijd een heerlijke stad voor een hapje en drankje, maar nu is het weer tijd om koers te zetten naar de thuishaven in Kolhorn.

Een gezellige stad
Tijdens het schutten (het omhoog of omlaag gaan van het water) zitten Peter en Tilly in alle rust op hun motorboot Storm met de touwen in de hand. Ze varen al tien jaar met hun boot en zijn inmiddels aardig op elkaar ingespeeld. Na een tocht van twee weken via Medemblik – Stavoren door Friesland en terug via het Naardermeer zijn ze nu op weg naar de thuishaven in West Knollendam. Purmerend kennen ze inmiddels goed, ‘een gezellige stad, we komen hier graag. Het is alleen wat karig dat er maar één damestoilet en douche in een cabine is’, vindt Karin. De vaarredactie kan haar geruststellen; daar wordt aan gewerkt.

In de zomer van 1819 begonnen de werkzaamheden voor de bouw van de Kanaalsluis. De Neckerpoort, gebouwd in 1599, moest wijken voor de sluisbrug. Voor de graafwerkzaamheden voor het kanaal werden ook twee molens afgebroken. De oude stadspoort had ook geen nut meer, want door het openzetten van de brug was de toegangsweg al voldoende afgesloten. In 1821 was de sluis gereed en kwam koning Willem I hoogst persoonlijk naar Purmerend om de openingsceremonie verrichten. Op 15 december 1824 liep Purmerend uit, want drie jaar na voltooiing passeerde het oorlogsschip Bellona als eerste schip de sluis. Voor Purmerend betekende de aanleg van het Noordhollandsch Kanaal een grote verbetering. Alle passerende schepen lagen ongeveer een half uur in de schutsluis en de schippersvrouwen konden in die tijd de nodige inkopen doen. Voor de detailhandel was dat een welkome aanvulling.

Wilt u op de hoogte blijven van al het nieuws in Weidevenne, Kop West, Centrum en Beemster, schrijf u dan in voor de nieuwsbrief.

 

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *