01/10/2019
Op vrijdag 2 februari 2018 was het net aan droog toen de eerste paal geslagen werd voor een nieuw medisch centrum op Kop West, maar een kleine twintig maanden later bij de officiële opening op 27 september 2019 ging de hemelkraan wagenwijd open. Ondanks dat was er grote belangstelling voor de opening en rondleiding door het modern ingerichte gebouw. Een kleine honderd belangstellenden werden toegesproken door huisarts Swart, initiatiefnemer Ahmed Muhamed en burgemeester Bijl, die vertelde veel waardering te hebben voor de enthousiaste ondernemer.
Toen het na het officiële gedeelte even droog werd knipte burgemeester Bijl, bijgestaan door Ahmed Muhamed en diens zoon Imran Pasvan, het lint door en opende daarmee Medisch Centrum Kop West. Als extraatje kreeg de buurt een cadeau aangeboden in de vorm van een AED (defibrillator).
Patiënt centraal
Ahmed Muhamed is van oorsprong een uit Irak afkomstige vluchteling, woont inmiddels twintig jaar in Nederland, waarvan de eerste viereneenhalf jaar in een asielzoekerscentrum. Na de opleiding fysiotherapeut startte hij in 2010 een eigen fysiopraktijk in Purmerend. Ahmed: “Ik ben blij en trots op dit resultaat, waar de patiënt centraal staat en verheug mij op de samenwerking. Ik heb altijd de ambitie gehad om een eigen medisch centrum te realiseren en dit is nu gelukt.”
Bloedprikken
Met het Medisch Centrum heeft de nieuwe wijk Kop West een complete gezondheidsvoorziening op loopafstand van het centrum en dicht bij huis voor bewoners van de Hazepolder en Weidevenne. In het nieuwe centrum zullen de praktijken van Ahmed Muhamed (fysiotherapie), huisartsenpraktijk Nota en Swart en apotheek de Ring nauw samenwerken. De fysiotherapiepraktijk is dagelijks overdag en ’s avonds open. De vier vaste huisartsen houden op donderdagavond spreekuur op afspraak en de apotheek is dagelijks open. Het laboratorium van SALT is twee ochtenden per week aanwezig voor bloedprikken. Medisch Centrum Kop West is makkelijk bereikbaar, is goed toegankelijk voor rolstoelgebruikers en beschikt over twaalf eigen parkeerplaatsen.
Artikel Iris Jonker
